GRONINGEN – Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat Thierry Aartsen gaf vandaag het startsein voor de volgende fase van de Nedersaksenlijn: de zogeheten MIRT-verkenning. Een belangrijke mijlpaal voor de regio, waarmee de directe spoorverbinding tussen Groningen en Enschede weer een stap dichterbij komt.
Foto: Marcel J. de Jong
De Nedersaksenlijn zorgt voor betere verbindingen, meer leefbaarheid en nieuwe kansen voor de economie in Noordoost-Nederland. Als het spoor er ligt, wordt reizen eenvoudiger en sneller. Jongeren kunnen kiezen uit meer opleidingen, werkenden hebben meer banen binnen bereik en ondernemers kunnen sneller personeel en klanten vinden. De spoorlijn zorgt ook voor een betere aansluiting met de rest van Nederland. Daarmee draagt de spoorlijn bij aan een sterkere en welvarendere regio.
MIRT-verkenning
De MIRT-verkenning vormt het officiële begin van een gezamenlijke aanpak waarbij Rijk, provincies en gemeenten onderzoeken hoe de Nedersaksenlijn het beste gerealiseerd kan worden. Daarbij wordt gekeken naar de haalbaarheid, het maatschappelijk nut en mogelijke routes van de spoorverbinding. Het eindresultaat van deze onderzoeksfase is een voorkeursbeslissing. Deze voorkeursbeslissing moet duidelijk maken wat de beste oplossing is voor het hele gebied.
Eerste trein van Groningen naar Enschede
Als alle procedures gevolgd zijn, gaat de trein op zijn vroegst over tien jaar van Groningen naar Twente rijden.
De provincie Groningen werkt het project samen met het Rijk, de provincies Drenthe en Fryslân, de gemeenten langs het tracé en andere regionale partners.
Foto: Provincie Groningen (ingezonden)